TransTree

Beleggen is … ken de cyclussen

Deceuninck Patrick, Columnist
20 02 2022

Het bekomen en behouden van een evenwichtig samengestelde en goed renderende beleggingsportefeuille is niet eenvoudig . Beleggen is immers geen exacte wetenschap en is des te meer mensenwerk. En wie mensenwerk zegt, denkt ontegensprekelijk aan de natuurlijke onvolmaaktheid ervan.

Daarenboven komt nog dat beleggen het nemen van risico’s inhoudt. Risico’s nemen wil zeggen de traditionele veilige paden durven verlaten. Daarnaast veronderstelt beleggen naast kennis en inzicht ook de vaardigheid om vooruit te kijken en er een visie op na te houden. Permanent leren en ontdekken, daar gaat het om. Het is juist deze uitdaging die de man of de vrouw groot maakt in het uitvoeren van zijn « ding »: het bereiken van de perfecte portefeuille die nooit verlies maakt. Maar is die perfectie wel van deze wereld? Helaas niet! Beter gezegd het komt er gewoon op neer om de balans missers en voltreffers te laten overhellen in het voordeel van de voltreffers. Voor het individueel kiezen van de juiste aandelen weten we dat stevige bedrijfsbalansen, goede resultatenrekeningen geven, die al dan niet zorgen voor een dividend.

Welke werkmethode dienen we nu te hanteren? Wel het is een individuele aangelegenheid. Doch er zullen altijd wel enkele regels en principes universeel van toepassing zijn. Eén van deze regels is: ken uw cyclussen en speel er handig op in. De geschiedenis herhaalt zich nietwaar! Weliswaar steeds onder een andere gedaante. Vermits de wereldeconomie op lange termijn steeds groeit is het dus onze betrachting om beredeneerde risico’s te nemen die regelmatig winst opleveren voor onze portefeuille. Hiervoor is het dus aangewezen om als belegger een zekere voeling te hebben met de verschillende cyclussen. Het is een beetje zoals in de natuur met de vier jaargetijden.

Voeling met de verschillende cyclussen.
Naast de algemene macro-economische cyclus bestaat er nog zoiets als de levenscyclus van de sectoren en de levenscyclus van een bedrijf. En om supervolledig te zijn bestaat er ook nog zoiets als de levenscyclus van een product. Iedereen kent wel voorwerpen die we enkel nog in musea aantreffen.

De macro-economische cyclus:

Dat de beurs op macro-economisch vlak in golven beweegt is niets nieuws. Men hoeft maar in de achteruitkijkspiegel van de beurs te kijken om te weten dat een fase van opgang (met soms euforie) wordt gevolgd door een fase van neergang (recessie). In het ultieme geval bereikt men zelfs het stadium van een heuse depressie en soms zelfs een heuse beurscrash. Daarom dat de beleggers en analisten zich wel eens laten inspireren door de bevindingen van de heren Kondratieff, Charles H. Dow, Ralph Nelson Elliott en zelfs Leonardo Fibonacci da Pisa om de cycliciteit in de beursbewegingen te verklaren en te voorspellen. Beknopt uitleggen wat deze heren ons hebben bijgebracht zou ons te ver leiden. Onthoud in ieder geval dat het interpreteren van de economische cyclussen een moeilijke oefening is, om niet te zeggen een hachelijke onderneming is. En alsof bovenstaande moeilijkheid nog niet voldoende is, dient men daarnaast nog als belegger rekening te houden met de anticiperingskracht van de beurzen. De beurs (marktcyclus) loopt immers 3 tot 6 maand voorop de economische cyclus. Dit is logisch, de beleggers aller landen proberen vooruit te lopen op de economische cyclus. Vervolgens is er dan nog een verschil tussen de geografische regio’s. De economie van de eurozone volgt de Amerikaanse macro-economische cyclus met ongeveer 3 maand vertraging. Of om het uit te drukken in termen van weersvoorspellingen: “Als het regent in Amerika, druppelt het in Europa”. Ook over ons eigenste land valt er nog iets te vertellen. De ervaring wil, dat gezien de aard van onze economie (uitvoergericht en half afgewerkte producten), de Belgische conjunctuur steeds enkele maanden vooruitloopt op deze van de ons omringende landen.

Link macro-economische cyclus en rentecurve.

Dat beleggers de macro-economische cyclus opvolgen is één zaak. Doch de monetaire autoriteiten doen dit ook. Ze doen zelfs meer, via de rentestand proberen ze de conjunctuur bij te sturen. Regelmatig de rentecurve bekijken is dus ook een van de vele beurswegwijzers . Zoals we weten geeft de rentecurve ons de rentes weer voor de verschillende looptijden (gaande van minder dan 1 jaar tot 30 jaar). Ook deze rentecurve kent een soort “cyclus”. Dergelijke cyclus in de rentecurve (en dus de tarieven) kan gaan van een “steile” curve via een “ platte” naar een “ inverse” rentecurve. Momenteel kennen we al een tijdje een fase van monetaire versoepeling (lage en zelfs negatieve rente) terwijl de inflatie toeneemt.

Waarom hier eventjes deze uitweiding met betrekking tot de rentecurve? Wel beleggers weten maar al te zeer dat de rentestand een prijs beïnvloedende factor is in de prijsvorming van aandelen. Ook voor analisten is de rentestand een onmisbaar gegeven wanneer ze koersdoelen willen berekenen van aandelen via hun verdisconteringsmodellen (verwachte waarde in de toekomst terugrekenen naar vandaag).

Sectorale cyclussen of sectorrotatie.

Naast de economische evolutie dienen we er ons nog van bewust te zijn dat de verschillende sectoren zich verschillend gedragen al naargelang de macro-economische context. Traditioneel ziet men de sectorale indeling als volgt: groeisectoren (bv: high-tech); rentegevoelige (bv: banken), defensieve (bv: voeding); cyclische (bv: bouw) en voor de fanaten bestaat er ook nog zwaar cyclisch (bv: basisindustrie en grondstoffen). De kunst en de uitdaging bestaat erin de weging van elk van deze sectoren in zijn portefeuille juist weten te bepalen. Belegd zijn in de juiste sectoren (zich positioneren) is zelfs determinerend voor het rendement van zijn ingezet beurskapitaal.

In tijden van recessie of aan de top van hoogconjunctuur (bij eerste tekenen van verzwakking) is defensief beleggen de boodschap. In dit kader zijn bv. de sectoren voeding, distributie en farma het minst conjunctuurgevoelig.

Een verlaging van de korte termijnrente is dan weer voordelig voor de rentegevoelige aandelen. Bij een rentedaling ontvangt de klant immers minder op zijn spaarrekening terwijl de afgesloten ontleningen (lange termijnrente) ongewijzigd blijven. Zo spreekt het voor zich dat bij aantrekkende rente de banksector het eerste slachtoffer is, gevolgd door de nutssector.

Bij een opleving of sterke economische groei hebben de cyclische aandelen (basisindustrie (basischemie, staal , grondstoffen); industriële uitrusting) dan weer de wind in de zeilen. Daarentegen presteren cyclische aandelen ondermaats in een omgeving van vertraagde groei. Voor cyclische aandelen is bijzonder moeilijk om het juiste in- en uitstapmoment te bepalen.

Voor de groeiaandelen (telecom, media, technologie) is de algemene regel eenvoudig: zij profiteren van een opgaande conjunctuur. De koers van deze aandelen is winst gedreven. In de waardering van de groeiaandelen zijn de toekomstige winsten essentieel. Zoals we weten zijn neerwaartse winstbijstellingen en vertraagde groei slecht voor groeiwaarden met een hoge waardering. En nu we het toch over winst hebben zijn volgende regels ook geldig: “nieuwe” sectoren hebben een hogere gemiddelde winstgroei in verhouding tot de markt; volwassen sectoren hebben een winst conform de markt en sectoren over het toppunt kennen geen of nauwelijks winstgroei.

Levenscyclus van een bedrijf

Naast deze typische algemene sectorale gedragingen, kennen de bedrijven die deel uitmaken van de sector ook nog eens hun eigen levenscyclus. Met levenscyclus bedoelen we hier de fasen: immatuur, groei, volwassen en “over de top”. Zo kunnen we grofweg stellen dat bijvoorbeeld de autosector zijn hoogdagen achter de rug heeft, maar met de elektrificatie van het voertuigenpark, nieuwe perspectieven heeft . Of anders gesteld: “new economy” zal ooit wel eens old economy worden; wat niet wil zeggen dat de slimme oudere bedrijven niet willen leren van de “new economy” en zich blijven heruitvinden. De uitdaging bestaat hierin om het management op zijn kwaliteiten te kunnen beoordelen en om het potentieel van de door hun geleverde producten of diensten te kunnen inschatten.

Technische analyse

Nu we het toch al heel de tijd over cyclussen hebben, moeten we voor de technisch analisten onder ons nog de fasen van accumulatie en distributie van individuele aandelen eervol vermelden (cfr Chaikin money flow-indicator). Weten in welke fase je zit kan je bijkomende inlichtingen verschaffen over het aan- of verkopen. Weet dat aandelen soms met momenten overgaan van sterke naar zwakke handen.

Vanuit technisch standpunt bij studie van de koersgrafieken kan men al bodemvorming waarnemen. Hoe langer de bodemvorming, hoe dichter het hernemen van de opwaartse marktcyclus nabij (dit noemt men een waarheid als een koe). “Stevige” aandelen (value) aan een interessante prijs zijn ook een positieve indicator; vermits de steunpilaren van beursgenoteerde bedrijven niet meer verder wegzakken.

Ook als belegger dienen we steeds klaar te staan voor de volgende ronde. Soms is het geduldig wachten. Een juiste marktperceptie van de verschillende cyclussen en hun onderlinge mechaniek kan ons hierbij helpen. Observaties uit het verleden zijn een hulp. Een belegger is als een oplettende chauffeur, die kijkt ook regelmatig in zijn achteruitkijkspiegel; maar houdt vooral het wegdek voor zich in de gaten en houdt halt om een eventuele opportuniteit wat nader te onderzoeken. Als de prijs onder de waarde ligt, dan slaat hij of zij uiteraard toe. Een slimme belegger heeft immers steeds wat cash achter de hand.

Tagged with: Cyclus.

Copyright 2024. All Rights Reserved by www.coformex.be.